Natuurpunt Werkgroep

Activiteiten

Libellen in België

Publicaties

Over ons

Nieuws

Augustus - September 2017

Eerder heb ik al bijzondere waarnemingen gedeeld over het kleine vijvertje in Edegem (Vlaanderen). Nu heb ik weer iets bijzonders om met u te delen. Het gaat over een braakliggend terrein in Mortsel (foto 1) dat niet meteen als een bijzonder libellengebied zou worden beschouwd. Het ligt overigens vrij ver verwijderd van het water en bestaat uit een niet gemaaide vegetatie en ruige zandhopen die daar ooit zijn gedumpt.


Het gebied kwam op mijn radar nadat ik op 4 augustus 2017 waarnemingen.be had gezien dat er een mannetje tengere grasjuffer was gespot. De foto die bij de waarneming zat, was helaas niet scherp. Vlak daarna realiseerde ik mij dat ik deze soort ook nog niet mooi op de foto had. Met het gebied maar 1 kilometer van mijn woonplaats af was ik geïntrigeerd om eens zelf een kijkje te gaan nemen en hopelijk een mooie foto te maken van deze – in mijn directe omgeving - niet veel geziene soort.


Op 5 augustus ben ik met al mijn fotomateriaal naar het gebied getrokken. Ik hoorde later dat het gebied deze zomer niet was gemaaid, omdat men in het najaar wilde beginnen met het aanleggen van een park.

 PH 11  foto2

Toen ik het gebied betrad deed ik de volgende ontdekkingen (foto 2, google.maps):

  • in cirkel 1 vond ik één mannetje tengere grasjuffer.
  • In circel 2 vond ik twee bruine winterjuffers.


Toen ik klaar was met het opstellen van mijn camera bleek de tengere grasjuffer spijtig genoeg weggevlogen. Ik hoopte het dier terug te vinden en speurde de heuveltjes af.

PH 12

Plots zag ik een bleke, gelige heidelibel vliegen, waarvan ook het gezicht een bleke kleur had. Dat kon maar om één soort gaan, de zwervende heidelibel, een vrouwtje in dit geval.

PH 7

Aangenaam verrast door deze vondst, vroeg ik mij af of dit een gelukstreffer was of dat de soort hier wel meer voorkwam.
Daarom trok ik op 20 augustus 2017 weer naar het gebied. Helaas vond ik in dat grasland geen enkele libel. Verderop (cirkel 2 op foto 2) merkte ik dan toch drie heidelibellen. Ik vermoedde bruinrode heidelibellen, maar na het benaderen en fotograferen blijkt op het cameradisplay dat het exemplaar een tamelijk haaks afstaand legschede had en een hangsnor. Het ging hier dus om de steenrode heidelibel. 

 PH 8

Op zoek naar de andere twee individuen, kwam ik een mannetje zwervende heidelibel tegen, en even verderop nog een vrouwtje (een ander exemplaar dat het vrouwtje van 5 augustus: andere tekening op borststuk en achterlijf). Mijn dag kon niet meer stuk met het zien van 3 steenrode heidelibellen en 2 zwervende heidelibellen. Beide soorten zijn hier zeldzaam.

PH 9


Op 2 en 3 september zag ik nog twee mannetjes en één vrouwtje zwervende heidelibel. Na het vergelijken van de foto’s – zwarte zijlijnen op borststuk en zwarte tekening op segmenten 8 tot 10 – bleek het telkens om andere individuen te gaan, behalve één vrouwtje dat zowel op 2 als op 3 september aanwezig was.

PH 13  PH 14

PH 15  PH 16

De laatste zwervende heidelibel zag ik er op 9 september.

PH 17

Van al de waargenomen libellen is er geen één (uitgezonderd 1♀ van 2-9 welke de dag erna nog aanwezig was) terug gezien op een latere dag.
Ik heb al de foto’s vergeleken met de tekening op borststuk en op de zwarte zijlijnen op het achterlichaam en de tekening van het zwart op S8-9-10.


Dit verhaal toont aan dat men niet alleen aan een waterplas maar ook aan een onbeduidend stukje grasland, zelfs in de bebouwde kom, voor verrassende waarnemingen kan komen te staan en er zelfs zeldzamere soorten kan zien. 

 

Tekst & foto's: Patrick Heivers